Intergenerationele overdracht van kennis binnen Tunesische bedrijven: Voordelen & Nadelen

Geachte heer/mevrouw,

In het kader van de voorbereiding van een onderzoeksverslag voor het behalen van de masteropleiding Management aan de Faculteit der Rechtswetenschappen, Economie en Management van Jendouba (FSJEGJ), onder leiding van mevrouw BEN CHOUIKHA Mouna. Dit onderzoek richt zich op het thema “Intergenerationele overdracht van kennis binnen Tunesische bedrijven: Voordelen & Nadelen”, wij verzoeken u ons te ondersteunen door deze vragenlijst in te vullen.

Wij verplichten ons om de resultaten van deze vragenlijst uitsluitend voor wetenschappelijke doeleinden van ons onderzoek te gebruiken.

Bij voorbaat dank

De resultaten van de enquête zijn openbaar

Naam van het bedrijf

Sector

Aantal werknemers

Leeftijd

Functie

Geslacht

Geslacht

Hoe lang al?

Wat is uw hoogste opleidingsniveau?

Gesproken talen

Beginner
Gemiddeld
Vloeiend
Frans
Engels

Andere talen

Vraag 1 - Beantwoord met "ja" of "nee" op de volgende vragen:

Ja
Nee
Heeft u een duidelijk beeld van intergenerationeel kennismanagement?
Is het concept van intergenerationeel leren bekend in uw werkomgeving?
Denkt u dat leeftijd een factor van uitsluiting en discriminatie op de arbeidsmarkt is?
Zijn oudere werknemers een antwoord op de behoeften van de arbeidsmarkt, zelfs op de schaarste van gekwalificeerd personeel?
Is intergenerationele samenwerking een kans om van alle generaties te profiteren en de organisatorische prestaties te verbeteren?
Beter begrijpen van waarden en verwachtingen van verschillende generaties is een noodzaak voor de duurzaamheid van de organisatie?
Leidt het pensioen van ervaren senioren tot problemen met betrekking tot de overdracht en overleving van bedrijven en de integratie van nieuwkomers die hen moeten vervangen?

Vraag 2 - Vink het vakje aan dat het beste bij uw keuze past:

Helemaal niet
Deels
Helemaal
Denkt u dat de kennis van senioren of jonge professionals de overleving van de organisatie waarborgt?
Zet de organisatie een systeem op om kennis te beheren?
Beïnvloeden managementpraktijken de overdracht van kennis?
Een klimaat van intergenerationele samenwerking is een van de factoren van succes/falen in het overdrachtsproces?
Beschouwt u de organisatorische kennis als een middel voor kennisverspreiding?

Vraag 3 - Geef met de hierboven weergegeven schaal aan hoe vaak u deze middelen voor kennisdeling heeft gebruikt:

Nooit
1 of 2 keer
3 of 4 keer
4 keer of meer
Persoonlijk
Vergaderingen, conferenties
Opleiding
Documenten
Mentorschap
Coaching
Samenwerking
Storytelling

Geef andere middelen aan die u in uw dagelijkse werk gebruikt:

Vraag 4 - Om welke redenen kunt u de bovenstaande middelen in uw organisatie gebruiken:

Helemaal meeoneens
Neutraal
Helemaal mee eens
Specifieke problemen oplossen
Beter begrijpen van uw taken
Uw professionele carrière verbeteren
Voldoen aan intellectuele, culturele nieuwsgierigheid, etc.
Nadenken over uw praktijken, houdingen, etc.

Geef alle andere redenen aan:

Vraag 5 - Wat is het managementstijl in uw bedrijf volgens de behandelde generaties?

Helemaal niet
Deels
Helemaal
Management 1.0: Een directief management gericht op babyboomers. Een tayloristische organisatie van werk, een klassieke methode waarbij de communicatie van boven naar beneden loopt en de hiërarchische structuur goed is vastgesteld. In dit model worden werknemers eerst gemotiveerd door de veiligheid van hun baan en het niveau van hun beloning.
Management 2.0: gericht op generatie X. Hier is de communicatie meer dwars en is het management participatiever. Werknemers streven ook naar een betere balans tussen werk en privéleven.
Management 3.0: gericht op generatie Y. Dit agile managementmodel is gebaseerd op meer vrijheid en flexibiliteit voor de jonge werknemers. In deze context moet het bedrijf inzetten op samenwerking. De tools veranderen ook, social media, zoals de organisatie, passen zich aan het toenemende individualisme van de medewerkers aan.

Vraag 6 - Gebruik deze schaal om uw mate van onenigheid of overeenstemming met de volgende stellingen te uiten:

Niet relevant
Sterk mee oneens
Mee oneens
Noch mee eens, noch mee oneens
Slechts een beetje mee eens
Mee eens
Sterk mee eens
- Ik werk gemakkelijker met mensen van mijn leeftijd.
- Ik werk liever met mensen van verschillende leeftijden.
- Er zijn spanningen in verband met de leeftijd van mijn collega's.
- Over het algemeen accepteer ik kritiek van mijn collega's goed.
- De overdracht van ervaringskennis vereist een zeer hoog niveau van vertrouwen in anderen.
- Onder bepaalde omstandigheden is de overgedragen kennis onjuist.

Vraag 7 - Wat voor soort relaties onderhouden de verschillende generaties met elkaar en met de buitenwereld in het kader van kennisoverdracht?

Vraag 8 - De intergenerationele spanningen op het werk zijn divers, coördineer de onderstaande factoren op basis van hun impact op de relaties tussen de generaties binnen de organisatie:

Vraag 10 - Van de onderstaande soorten leren, welke type komt voor in uw organisatie?

Helemaal
Helemaal niet
Individueel leren: een proces van cognitieve acties waardoor een individu zijn kennis of vaardigheden vergroot.
Organisatorisch leren: een proces dat de creatie van nieuwe kennis door verschillende leden van het bedrijf waarborgt, gericht op het verbeteren van de positie van de organisatie.
Intergenerationeel leren: de manier waarop individuen in het bedrijf van verschillende leeftijdsgroepen samen en van elkaar kunnen leren.
Actie leren: een vorm van praktisch leren door te doen. Het stelt een groep van mensen met verschillende vaardigheden en ervaringen in staat om een organisatorisch probleem op te lossen.

Vraag 11 - De overgedragen kennis is vaak:

Vraag 12 - Volgens u, van welk proces hangt de creatie van kennis af?

Vraag 12 - Volgens u, van welk proces hangt de creatie van kennis af?

Vraag 13 - Het delen van kennis tussen de leden van de organisatie is:

Vraag 14 - Volgens u, welk incentivesysteem is het meest effectief om de overdracht te stimuleren?

Vraag 15 - Over het algemeen ziet de directie het strategische nut van intergenerationeel delen en samenwerking binnen het bedrijf?

Hoe ziet u babyboomers (55-65 jaar):

Hoe ziet u generatie X (35-54 jaar)

Hoe ziet u generatie Y (19-34 jaar)

Als u vragen of onderwerpen heeft die we niet hebben behandeld in deze vragenlijst, aarzel dan niet om deze te specificeren: